10 - Geld verdienen met een liedje over een lollie
In het najaar van 1998 reisden Greetje en ik door de Verenigde Staten. In Yale bezochten we Matthijs Lok die er na zijn opleiding als historicus in Leiden nog een jaar studeerde. De universiteit hoorde bij de stad New Haven (Connecticut). We liepen er een dagje rond. Ik had gelezen dat de hit ‘In the Still of the Night’ van The Five Satins (1956) er opgenomen was in de kerk van Bernadette van Lourdes. Ter herinnering aan die opname was er een plaquette onthuld. Die wilde ik wel eens zien.
We gingen erheen en belandden in een zaaltje. Een mevrouw vertelde me dat ze bij de onthulling van de plaquette was geweest, dat het stampvol was. De originele opname, hoorde ik, was op twee bandrecorders gemaakt, waarbij steeds opnieuw van de ene recorder op de andere ‘gedubt’ was. “Toch mooi dat we die historische plek gevonden hadden”, noteerde ik in het reisverslag. “Matthijs, geboren in 1974, begreep waarschijnlijk niets van mijn opwinding”.
‘Lollipop’
New Haven was niet alleen trots op ‘In the Still of the Night’. In de stad waren belangrijke uitvindingen gedaan. Eli Whitney had er een apparaat ontworpen dat machinaal katoen kon plukken. Daardoor kon het zuiden de katoenplantages en dus ook de slavernij aanzienlijk uitbreiden. Ook de eerste pizza kwam uit New Haven. En niet te vergeten, in 1892 de lollie, die in Amerika ‘lollipop’ werd genoemd. Een houten stok met een snoepje erop.
De lollipop werd zo populair dat er liedjes met die titel geschreven werden. Het werden vaak hits, tot in onze tijd. Soms hadden die liedjes een ‘ondeugend’ karakter. Een hard iets met zoet erop. Daar kon je van alles bij denken.
Millie Small scoorde in 1964 met ‘My Boy Lollipop’, The Intruders met ‘Lollipop I love you’ (1969), Mika met ‘Lollipop’ (2007), de Zuid-Koreaanse groepen Big Bang en 2NE1 met ‘Lollipop’ in 2009. Een gigantisch succes vorig jaar was ‘Lollipop’ van Lil Wayne ft. Static Major. Het nummer stond vijf weken op de bovenste plaats van de Amerikaanse hitlijsten geklasseerd. Bij mijn weten is het eerste liedje over de lollie echter afkomstig uit 1958.
1958
Arnold Shaw
In zijn boek The Rockin’ 50s (1974) noteerde muziekuitgever Arnold Shaw hoe het met ‘Lollipop’ gegaan was. Beverly Ross en Julius Dixon waren de auteurs. Ze hadden eerder ‘Dim Dim the Lights’, geschreven, een liedje dat bekend was geworden in de versie van Bill Haley.
“In januari 1958 kwam Beverly Ross naar mijn kantoor”, schreef Shaw. “Ze had een zwarte jongen bij zich, Ronald, ongeveer dertien jaar oud. Beverly had vrijwilligerswerk gedaan in de YMCA in Harlem en had met het jongetje een liedje uitgeprobeerd. Beverly en Ronald zongen het samen voor.
“In januari 1958 kwam Beverly Ross naar mijn kantoor”, schreef Shaw. “Ze had een zwarte jongen bij zich, Ronald, ongeveer dertien jaar oud. Beverly had vrijwilligerswerk gedaan in de YMCA in Harlem en had met het jongetje een liedje uitgeprobeerd. Beverly en Ronald zongen het samen voor.
Ik was er zo enthousiast van dat ik mijn secretaresse opdracht gaf onmiddellijk een opname-studio te boeken om een demo te maken. Ik had niet meer dan vier muzikanten nodig, piano, bas, gitaar en drums. Ik wilde niet wachten. Associated Recording, de studio, zat tegen Brill Building aan. De pianist kwam niet opdagen. Dat kon me niet schelen. Binnen een uur hadden we het liedje opgenomen. Alles bij elkaar moest ik 65 dollar neertellen, studio en muzikanten. Beverly Ross hoefde ik niet te betalen als zangeres, want die had het nummer geschreven”.
Platenmaatschappijen hebben belangstelling voor de demo
Archie Bleyer
Shaw nam het resultaat tijdens het weekeinde mee naar huis. “Ik deed niet anders dan naar de demo luisteren. Ik had de pest in dat ik niet meteen aan het werk kon gaan”. Op dinsdag al kreeg hij de eerste enthousiaste reacties. “Archie Bleyer wilde de demo uitbrengen zoals die was. Steve Sholes [1911-1968] van RCA ook”. Archie Bleyer (1909-1989) was niet de eerste de beste. Na zijn loopbaan bij de Arthur Godfrey-show, een succesvolle talentenjacht op de Amerikaanse televisie in de jaren vijftig, was hij een platenmaatschappij begonnen: Cadence Records. Tot zijn ‘stal’ hoorden Andy Williams, The Chordettes en de Everly Brothers.
Shaw besefte dat hij wat problemen moest oplossen. “Ik had Ronald niet onder contract. Ik kon de demo dus niet zomaar exploiteren. Ik kende niet eens zijn achternaam. Bovendien was Ronald nog niet volwassen. Een eventueel contract moest dus door zijn ouders getekend worden. En wat minstens even moeilijk lag: Ronald had een zwarte huidskleur, Beverly was blank. Dat kon alleen maar problemen geven voor zo’n duo, bijvoorbeeld bij de radio”.
De uitgever zette alles op alles om de zaken voor elkaar te krijgen. Hij kocht zelfs een winterjas voor Ronald om diens ouders zover te krijgen dat ze zouden tekenen. De problemen bleven zich echter opstapelen. “Archie Bleyer was het zat. Hij belde me continu. Hij had zijn geduld verloren. Als hij niet binnen een dag formeel over de opname kon beschikken zou hij het nummer met The Chordettes opnemen. En dat was precies wat hij deed. Dat kon me overigens niet zoveel schelen. Het ging mij om het liedje. Voor mij was het zaak om succesvolle liedjes te vinden”.
Bleyer nam niet het minste risico. Hij moest en zou de eerste zijn die met ‘Lollipop’ op de markt kwam. Zijn vrouw Ertel was een van de vier Chordettes. Haar dochter was er wild van, de vriendinnen van haar dochter eveneens. Meteen na de opname met The Chordettes liet hij proefpersingen (lakplaten) maken en ze bij de diskjockeys bezorgen. Dat kostte hem heel wat geld, maar dat had hij er voor over.
RCA, een groot bedrijf dat Elvis Presley en Harry Belafonte onder contract had, kocht de originele demo. Om rassenproblemen te voorkomen werd die opname onder de naam ‘Ronald & Ruby’ op de markt gebracht. Foto’s van de artiesten werden niet gebruikt in de RCA-campagne. Maar het kleine Cadence, concludeerde Shaw, was veel effectiever als het erop aan kwam snel plaatjes bij de radio en in de winkels te krijgen.
Lollipop in de hitlijsten
Op 1 maart 1958, mijn veertiende verjaardag, bereikte ‘Lollipop’ van The Chordettes de Amerikaanse top 100. Een paar weken later stond het nummer op de tweede plaats in de Billboard. Alleen het instrumentale nummer ‘Tequila’ (van The Champs) was hoger geklasseerd. De versie van ‘Ronald & Ruby’ bereikte de charts een week later en kwam niet verder dan nummer 39.
The Chordettes
Arnold Shaw vond ‘Lollipop’ een eenvoudig ‘I love him’-liedje. Ook hij besefte echter dat de tekst voor een andere uitleg vatbaar was. “To the more sophisticated youngster, it might have had erotic overtones”. Als uitgever was hij niet alleen tevreden over de verkoopcijfers van het plaatje van The Chordettes, maar tevens over het succes in andere landen. The Mudlarks bereikten in Engeland de tweede plaats met een ‘cover’ van ‘Lollipop’, terwijl de versie van The Chordettes op zes eindigde. “Het liedje werd een internationale hit. Later ontdekten we dat het woord ‘lollipop’ gebruikt werd in het Spaans, het Portugees, het Italiaans en andere talen en dat de titel van het liedje nooit veranderd hoefde te worden”.
In India, heb ik dit jaar zelf gehoord, is ‘chicken lollipop’ de benaming van een stokje saté.
In India, heb ik dit jaar zelf gehoord, is ‘chicken lollipop’ de benaming van een stokje saté.
Het vervolg
Archie Bleyer slaagde erin het succes van Cadence Records uit te bouwen. De Everly Brothers maakten nog heel wat hits voor het label, waaronder ‘Bird Dog’, ‘Take a Message to Mary’ en ‘All I have to do is dream’. Dochter Jackie Bleyer trouwde met Phil Everly. Ondanks de familieband lieten de Everly Brothers zich in 1960 wegkopen door Warner Bros. Records. Ook met Andy Williams maakte Cadence tal van hits. ‘Butterfly’ had al in 1957 op één in Amerika gestaan. Andere toptien-hits van Andy Williams op Cadence waren ‘Canadian Sunset’, ‘I like your kind of love’, ‘The Village of St. Bernadette’ en ‘Lonely Street’. In 1961 stapte Williams over naar Columbia Records (CBS).
Archie Bleyer vond een nieuwe ster in Johnny Tillotson. In 1963 lanceerde hij tevens het album ‘The First Family’, een parodie op de familie Kennedy. Het werd het grootste succes van zijn carrière. Miljoenen exemplaren werden er in record-tijd van verkocht. Totdat ‘JFK’ in Dallas vermoord werd. In 1964 verkocht Bleyer alle Cadence-opnamen aan zanger Andy Williams.
De revival van ‘Lollipop’
Niet alleen liedjes over een lollie-achtig voorwerp zagen het daglicht, ook het oorspronkelijke liedje werd keer op keer geëxploiteerd. De compositie van Beverly Ross en Julius Dixon werd gebruikt in tal van films, televisie-series en zelfs video-games . Films als ‘Crazy Mama’ (1976) en ‘Stand by me’ (1986); series als ‘Cheers’ en ‘The Simpsons’. De Nederlander Tom Holkenborg (Junkie XL) maakte een speciale versie voor de game ‘Destroy all humans’.
‘Lollipop’ is dit jaar vooral bekend geworden door de reclamecampagne van Dell Computers. In Amerika, in Engeland, maar ook in Nederland. Arbeiders van de Dell-fabriek maken reclame voor een nieuwe computer door samen het lied ‘Lollipop’ te zingen. Eenenvijftigjaar na de versie van Beverly Ross met Ronald staan blank en zwart gewoon naast elkaar. Zoals Amerika een zwarte president (Obama) en een blanke vrouw (Hillary Clinton) als minister van Buitenlandse Zaken heeft. Het kan verkeren, zei Brederoo.
Dell tv-commercial
Harry Knipschild
16 december 2009
* Five Satins, In the still of the night, 1956
* Andy Williams, Butterfly, 1957
* Ronald & Ruby, Lollipop, 1958
* Chordettes, Lollipop, 1958
* Millie Small, My boy lollipop
* Lil Wayne, Lollipop
* Andy Williams, Butterfly, 1957
* Ronald & Ruby, Lollipop, 1958
* Chordettes, Lollipop, 1958
* Millie Small, My boy lollipop
* Lil Wayne, Lollipop
Arnold Shaw, The Rockin' 50s. The decade that transformed the pop music scene, New York 1974
'In the still of the night', Palm Beach Post, 4 juni 1995
Henry Wiencek, The Smithsonian guides to historic America. Southern New England, New York 1998
Ben Sisario, 'Julius Dixon, 90, songwriter known for the 1958 hit 'Lollipop' [overleden]', New York Times, 4 februari 2004
Dik de Heer, 'Archie Bleyer', website This is My Story, gedownload 15 december 2009
- Raadplegingen: 21760