47 - Jefferson Davis, een Amerikaanse president, onvrijwillig op reis
Op 4 juli 1776 verklaarde een aantal Amerikanen zich onafhankelijk van het moederland. Ze wilden niet meer vanuit Londen bestuurd worden. De Verenigde Staten van Amerika waren geboren. Maar zo verenigd waren ze na verloop van tijd niet meer.
Het Amerikaanse zuiden en noorden kwamen tegenover elkaar te staan. Als eerste staat maakte South Carolina zich los van de regering in Washington, binnen enkele maanden gevolgd door tien andere staten. De zuiderlingen kozen Jefferson Davis (1808-1889) in 1861 tot hun president en vormden de Confederate States of America, met Richmond (Virginia) als hoofdstad.
De noordelijke regering onder leiding van Abraham Lincoln (1809-1965) accepteerde de afscheiding niet, zoals Londen zich ook in 1776 verzet had tegen de losmaking van zijn koloniën op het Amerikaanse continent. Vier jaar lang werd er meer dan hevig gevochten. In het voorjaar van 1865 was evenwel duidelijk dat de zuiderlingen het onderspit gingen delven. President Davis en zijn regering waren niet meer veilig in Richmond en moesten hun hachje zien te redden door er te vertrekken.
Hun onvrijwillige reis was niet uniek in de geschiedenis. In Nederland, bijvoorbeeld, moesten stadhouder Willem V (1795) en koningin Wilhelmina (1940) vluchten, in Duitsland keizer Wilhelm II (1918), in Frankrijk Lodewijk XVI (1791) en (de afgetreden keizer) Napoleon (1815).
inauguratie Jefferson Davis, 18 februari 1861
President Davis op de vlucht
Of hij wilde of niet, de president moest Richmond zo snel mogelijk verlaten in de hoop gevangenschap te voorkomen. In handboeken over de Amerikaanse geschiedenis wordt aan die vlucht meestal weinig aandacht besteed. Mary Beth Norton bijvoorbeeld volstond in haar lijvige History of the United States (1996) met één zinnetje: “Within weeks, Jefferson Davis was captured, and the remaining Confederate forces laid down their arms and surrendered”.
In Jefferson Davis. The man and his hour (1991) deed William C. Davis (geb. 1946) wél gedetailleerd verslag. De hoogleraar, als historicus werkzaam in Virginia, publiceerde tientallen boeken over de Civil War. In de biografie gaf hij aan wat de zuidelijke president meemaakte. Richmond was zo goed als helemaal van de buitenwereld afgesloten. Er was nog een spoorverbinding met Danville, elders in Virginia, maar ook die kon elk moment in handen vallen van noordelijke troepen.
Varina eerst: 31 maart 1865
De president stuurde Varina, zijn echtgenote, met hun kinderen, Winnie en William, op 31 maart de stad uit. Burton Harrison, zijn secretaris, zou hen begeleiden. Veel konden ze niet meenemen. “They were to take with them nothing but their clothing. Everything else must be left, even food”.
Het einddoel van de reis stond nog niet vast. “Davis told Harrison to take them to Charlotte, North Carolina, first, while to Varina he confided that they might ultimately need to go on to Abbeville, South Carolina, where they could stay with his friend Armistead Burt. In the last extremity, he wanted her to get to the Florida coast and from there to sail to Cuba or even Europe”.
Varina kreeg een pistool mee. “He showed her how to use it. Fearing that she might subjected to unspeakable humiliation if taken, he told her to ‘force assailants to kill you’ rather than submit to capture and what might follow”.
Menige traan vloeide bij het afscheid op het station. “A special train awaited them, with only two cars to carry the family and friends”. Een apart rijtuig was ingericht voor de paarden die nodig waren om hen te vervoeren bij het verlaten van de trein.
Varina en Jefferson Davis
In en uit de kerk
Volgens de biograaf zocht de president steun in zijn geloof. Op zondag 2 april 1865 zat Jefferson op zijn speciale plek in de kerk, toen de koster op zijn schouder tikte en hem een telegram overhandigde. “The enemy had broken through his lines, endangering the last remaining avenue of escape. He had to evacuate immediately. At best he could hold his position until nightfall”.
Wat kon hij anders doen dan opstaan en naar buiten lopen. “Quietly Davis rose, put on his overcoat, and walked out out of the church. All eyes in the church were on him”.
Davis was niet de enige die vertrok. Dominee Minnegerode slaagde er niet de gelovigen, onder wie veel gezagsdragers, in de St. Paul te houden. “Even when he appealed to them to come back, they continued to wander out to learn what had happened”.
De kerk stroomde leeg.
Waardig over de drempel
De president deed er alles aan om zijn waardigheid te behouden. “To most he appeared calm and self-controlled”. Davis begreep echter dat hij niet langer kon blijven. In een spoedzitting van de regering las hij voor wat legerleider Robert E. Lee hem had aangegeven. Er moest meteen gehandeld worden. “He ordered them to pack the records of their departments and prepare to evacuate the city”. De presidentiële papieren kwamen terecht in een koffer die Harrison bij het vertrek van Varina had achtergelaten.
Voor de inwoners leek het alsof Davis rustig bleef. Hij toonde ‘manly dignity, devotion to the public interest, and courage’. Ook zijn helpers vonden hem ‘sad, but calm and dignified’.
Een rijtuig arriveerde om hem naar het station te brengen. “He stepped outside, lit a cigar, and left”.
Het vertrek werd steeds uitgesteld, tot elf uur ’s avonds. “Then the train slowly pulled away into the darkness”. In de presidentiële ruimte zaten dertig mensen opeengepakt.
Onmiddellijk na zijn vertrek was er van waardigheid weinig sprake meer in de hoofdstad. “Davis could not see the chaos behind him as the capital erupted in a near riot of looting and destruction”.
Danville
De presidentiële trein schoot maar weinig op. Op diverse plaatsen wachtten aanhangers langs de spoorbaan om hem de hand te drukken. Af en toe werd Davis toegejuicht. “He could do no more than wave, his face in the window”.
Een trein met bagage en soldaten was vooruit gesneld. Bij aankomst in Danville stonden er derhalve heel wat mensen klaar om de regeringsleider te begroeten toen hij uitstapte. Plantagehouder William Sutherlin bood zijn huis aan, zodat de stad voortaan kon fungeren als nieuwe hoofdstad van de zuidelijke republiek. Jefferson kreeg een warme maaltijd aangeboden en werd in staat gesteld per telegram aan zijn vrouw te melden dat hij goed was aangekomen.
Davis installeerde zich met zijn ministers en liet zijn onderdanen, ‘the people of the Confederate States of America’, weten dat de regering gewoon in functie was en de goede zaak, een eigen republiek, niet verloren was. Danville werd in staat van verdediging gebracht.
De president verklaarde Richmond als een tijdelijk door de vijand bezette stad. “We have now entered upon a new phase of the struggle. We will return, until the enemy shall abandon in despair his impossible task of making slaves of a people resolved to be free”.
De boodschap klonk mooi, maar werd vrijwel alleen in Danville gehoord. Hoe het met zijn troepen ging wist hij nog niet in zijn geïsoleerde positie. Maar gelukkig voor hem persoonlijk ontving hij op 6 april een telegrafisch bericht van zijn vrouw, die Charlotte had bereikt. “We hope to make Florida safely”, liet ze weten. Varina adviseerde hem om niet in een grote groep te reizen. Dat zou alleen maar aandacht trekken.
Hoewel hij en zijn mannen goed onthaald en verzorgd werden door Sutherlin, werd Davis er niet vrolijker op. De weinige berichten die arriveerden van de strijd in het noorden van Virginia hadden een onheilspellend karakter. Bovendien kwamen er steeds meer vluchtelingen de stad binnen.
Mevrouw Sutherlin maakte zich zorgen, schreef de auteur. “The president was pleasant and agreeable and self-possesed”. Maar terwijl de notabelen zich te goed deden aan de maaltijden die ze liet opdienen, trok hij zich terug. “His only solace seemed to come from listening to a mockingbird that sang outside his window in the mornings”. In de middag haalde hij met haar man herinneringen op aan wat er lang en kort geleden allemaal in zijn leven had plaatsgevonden.
Evenals Varina maande ook Sutherlin hem voorzichtig te zijn, zeker als hij genoodzaakt zou zijn verder te reizen. Danville werd immers van alle kanten bedreigd – door de legers van Ulysses Grant in het noorden en die van William Sherman aan de andere kant: “Do not delay in your journey. Let your movements be as rapid and veiled as possible”.
Davis haalde zijn sigaar uit zijn mond, liet een kring van rook omhoog gaan en zei bedachtzaam: “I comprehend the situation exactly. For myself I care nothing – it is my people that I am thinking of – what will become of my poor people!”
Slecht nieuws op 9 en 10 april
Een afgezant van Robert E. Lee wist Danville te bereiken en vertelde de president dat de strijd in Virginia er hopeloos uitzag. Lee had al een derde van zijn manschappen verloren.
Davis vroeg hem: “Do you think General Lee will be able to reach a point of safety with his army?”
Het antwoord was duidelijk: “I regret to say, no. In my opinion, Mr. President, it is only a question of a few days at furthest”.
Als het aan Davis lag, zou de strijd doorgaan, ook al moest hij verder vluchten. “We’ll fight it out to the Mississippi – to the end, beyond the end”, verklaarde hij.
Zo ver kwam het niet, zeker niet toen de overgave van de troepen van Lee aan Grant in Appomatox bekend werd. Terwijl de leden van de regering aan hun diner begonnen werd Davis van tafel geroepen. “In the hallway he met captain Graves, the man he had sent out to find and report on Lee. It was disaster. The day before, Graves reported, Lee had been forced to surrender himself and all of his army. The army of Northern Virginia no longer existed”.
Davis liet het verslag de eetzaal rondgaan. “They all read it in silence. The balance of the meal constituted a cabinet meeting. With the army in Virginia now extinct, they must evacuate Danville immediately”.
Richmond na het vertrek van Jefferson Davis
Naar Greensboro
Jefferson probeerde zich staande te houden. Aanvankelijk lukte dat. Hij zou ‘as collected as ever’ zijn. Maar toen hij zijn gastvrouw op de hoogte bracht van het naderende vertrek was hij minder sterk. Praten ging over in fluisteren. Als aandenken aan het verblijf liet hij zijn pen achter.
De emoties liepen hoog op. “The Sutherlins begged him to take a thousand dollars in gold they had hoarded for some time. But Davis broke into tears at their generosity”.
De treinreis vanuit Danville was niet aangenaam, alleen al door het slechte weer. “Rain poured down and mud clung to the wheels of the carriage”. De president werd zich steeds meer bewust van de definitieve militaire nederlaag. “All along the road Davis could see the remnants of bits and pieces of Lee’s army that had escaped, along with the confusion of yet another capital being abandoned”.
Jefferson moest zijn zitplaats deze keer delen met de dochter van een van zijn generaals, die hem maar niet met rust liet. “She chattered at the president constantly. Was not the weather terrible? What a shame about general Lee! The girl asked him innumerable questions and pestered him unmercifully”.
Stap voor stap verloor Davis zijn status als president.
North Carolina
Pas tegen middernacht kon de trein eindelijk uit Danville vertrekken. Bij aankomst in Greensboro (North Carolina) was er van een welkomstcomité geen sprake. Sommige inwoners lieten hun sympathie voor het noorden blijken, bang als ze waren om er later van beschuldigd te worden dat ze Davis onderdak geboden hadden. De ‘regering’ was zijn natuurlijke gezag kwijt.
De leden van het kabinet moesten deze keer in de treinwagons verblijven waarmee ze gearriveerd waren. “The president only got quarters in town by sharing rooms with his nephew Wood, and his family, already living there”.
Davis probeerde de oorlog nog voort te zetten, misschien wel tegen beter weten in. In elk geval verklaarde hij: “We can whip the enemy yet, if our people will turn out. We must look at matters calmly, however, and see what is left for us to do. Whatever can be done must be done at once. We have not a day to lose”.
Generaal Joseph Johnston had een andere mening. “It would be the greatest of human crimes for us to attempt to continue the war”, met die woorden weerlegde hij wat de president verkondigd had. “The Yankees outnumbered them by more than ten to one”. Diverse kabinetsleden steunden Davis niet meer. Ze hadden hun eigen agenda, maakte de biograaf duidelijk: “Now Davis was alone. The people he saw now had no stomach for the fight and no love for the cause”.
Even later arriveerde een rapport van Robert E. Lee. “It told in the general’s own words of his surrender. It arrived while the president and others sat in conference in Wood’s rooms”.
Het verslag miste zijn uitwerking niet. “Davis turned away and broke down, weeping bitterly”.
Een van de aanwezigen legde vast: “He seemed quite broken by this tangible evidence of the loss of his army and the misfortune of his general [Lee]”. In stilte verliet iedereen de kamer. “They left their weeping president to himself”.
de reis van Jefferson naar Irwinville (rode stip)
Weg uit Greensboro
In deze situatie belichaamde Jefferson Davis in zijn eentje de regering van de Confederate States of America. Waar hij was, was ‘het gezag’. Met enkele gezagsgetrouwen vertrok hij op 14 april, op zoek naar zijn echtgenote, aan wie hij al had laten weten: “Everything is dark”.
Het was geen vrolijk gezelschap dat te paard vertrok. “Amid the heavy rainfall, the mud at their horses’ hooves, and the depressed mood of the president, theirs made a sad procession as it rode out of unfriendly Greensboro”. Enkele inwoners leefden nog een beetje mee. “Some shed tears as the ghostly government rode south”. Van opschieten was geen sprake. Per dag wisten ze niet meer dan een twintigtal kilometers af te leggen.
In het open veld kreeg de president weer wat moed. “He could think clearly out in the open – and being on the move, making plans, dealing with emergency, all brought out reserves of spirit and courage. Outnumbered again, in danger of being cut off or surrounded, he could become lighthearted, even jovial, reminiscing about the old days, talking of horses and dogs, quoting [schrijver-dichter] Sir Walter Scott”.
Jefferson zou zich vrij gevoeld hebben. Hij was niet meer direct verantwoordelijk voor de verdediging van Richmond en Virginia. “Along the route he pointed out plants and birds to his companions, told their stories, and spoke of farming and the prominent men he had known”.
Af en toe was Davis optimistisch en wilde hij de strijd voortzetten. Maar dan moest hij wel verder trekken. “If he could himself get to the interior of the South and rally the patriots from their homes, he could merge them with the army of Tennessee and the other remnants and lead them to victory. No wonder that his mood lifted as he rode toward Charlotte”.
Via Lexington en Concord reisde de president naar die stad waar hij hoopte vrouw en kinderen terug te vinden. “He drank tea on the porch of a local clergyman, talking cheerfully until well after dark, keeping an unlit cigar in his mouth. The next day he actually enjoyed a pleasant ride to Concord. The people offered a cordial welcome now”.
Charlotte
Het werd steeds moeilijker voor de president om een onderkomen te vinden. Wie hem hulp bood zou er later voor op het matje geroepen kunnen worden, zo bleek ook in Charlotte. “Though the residents were friendly enough, they, too, feared retaliation from the enemy”.
Lewis Bates, nota bene een noorderling, was als enige bereid gastvrijheid te verlenen. Via de achterkant kon hij de woning binnen treden. Vervolgens werd Davis toegejuicht. “In only a few seconds a crowd of people and soldiers gathered in front of the Bates house. They shouted greetings and called for a speech”.
Onvoorbereid liet hij zich overhalen om zijn ‘onderdanen’ op de hoogte te brengen van de stand van zaken. “Though unprepared, Davis spoke to them for a few minutes, thanking them for their hospitality, thanking the soldiers for remaining true to their oaths. Yes, Lee had surrendered and the prospects looked bleak but ‘the cause is not yet dead’”.
Jefferson gaf aan zijn gehoor openlijk toe dat hij de afgelopen vier jaar veel fouten gemaakt had. Maar van opgeven was geen sprake. “He promised to remain with the last organized band upholding the flag”.
Lincoln vermoord
Na afloop van zijn toespraak kreeg de president van het zuiden een telegrafische boodschap in handen geduwd. Zijn noordelijke collega, Abraham Lincoln, was [op 14 april] vermoord in Washington!
Davis wist niet wat hij te lezen kreeg. Hij kon niet geloven dat het waar was. Zijn publiek besefte dat er iets bijzonders aan de hand was. De boodschap werd overgebracht. “A few cheered, but most remained quiet, some even dumbfounded”.
Ik moest denken aan de onheilspellende boodschap die George W. Bush toegefluisterd kreeg op 11 september 2001, de dag die bekend werd als Nine Eleven. De hele wereld kon het op tv waarnemen.
Davis zou zijn ongenoegen geuit hebben. “One witness said that he gave a stern look of reproof when a cheer in the crowd met with the news”. Tijdens een dienst in de kerk werd de moord afgekeurd in aanwezigheid van de president.
moord op Abraham Lincoln
Charlotte - Nieuwe Amerikaanse hoofdstad?
Een paar dagen zag het er weer positief uit. Het leek wel of Charlotte de nieuwe hoofdstad van de zuidelijke staten zou worden. Preston Johnson (1831-1899), rechterhand van de president, liet zijn echtgenote weten: “Living splendidly. All good things to eat and drink”.
Enkele honderden soldaten, voorzien van wapens en voorraden, zorgden voor een goede sfeer. “Davis became a familiar sight on the streets”. Een soldaat meldde: “He seemed to retain the majesty and self-possession of his character, and to rise with the emergencies of that dreadful hour”. Zelf verklaarde de voormalige inwoner van Richmond: “I cannot feel like a beaten man”.
Op 22 april besefte Davis evenwel dat de toekomst er niet rooskleurig uitzag. John Breckenridge, minister van defensie, arriveerde in Charlotte. Niet alleen bevestigde hij dat Lincoln inderdaad vermoord was. Hij liet de president tevens een overeenkomst zien die generaal Johnston gemaakt had met de vijandelijke legerleider Sherman. “Davis saw an agreement that virtually dissolved the Confederancy and reconstructed the Union”.
Daarmee was in feite een einde gekomen aan de afscheiding door het Zuiden. Toen de nog aanwezige leden van zijn regering het met Johnston eens bleken te zijn, gaf Davis toe. “He sent Johnston a wire that the terms were approved”.
Naar Varina
Wat viel er nog te doen voor hem?
“Feeling very alone now, Davis had no one to turn to but Varina”. Maar waar zijn echtgenote zich bevond was onduidelijk. Op 13 april, kort vóór de aankomst van de president, had ze Charlotte verlaten en was op weg naar Abbeville in South Carolina. Tien dagen later besloot Davis haar achterna te reizen. Alvorens te vertrekken probeerde hij haar eerst nog per brief te bereiken. “Panic has seized the country” schreef hij. Op zijn generaals kon hij niet meer rekenen. “Their only idea was to retreat”. Wat kon je dan nog verwachten van gewone soldaten. “Men were deserting in great numbers, and worse, many threw away their weapons”.
Opnieuw zocht hij steun in zijn geloof. “I have prayed to our Heavenly Father to give me wisdom and fortitude equal to the demands of the position in which Providence has placed me”.
Op 26 april kwam er een nagenoeg formeel einde aan wat je de zuidelijke regering kon noemen. Met een groepje ‘ministers’ trok hij weg uit Charlotte. “Those about him noted that the president’s spirit rose once more. He generally rode in front of the procession”. Een onderkomen vinden voor de nacht leverde niet veel problemen op. “South Carolinians proved to be far more hospitable than their neighbors to the north. Davis spent nights between clean sheets and ate hearty meals”.
Hij stelde zich dankbaar op. “At the home of a woman who gave him water and introduced her little son as his namesake, the president presented the boy with a small gold coin”. Het was zijn laatste geld. “He now had nothing more than some almost-worthless Confederate scrip”.
De mensen die hem ontmoetten waren aardig voor hem. “They brought him strawberries and fresh milk and flowers. And they moved him to tears”.
In Abbeville (2 mei) werd Davis zowaar nog welkom geheten. Maar Varina was er twee dagen eerder vertrokken. Jefferson reisde haar achterna. Hij bereikte Washington in Georgia, tussen Athens en Augusta. Steeds meer vertrouwelingen hadden de laatste dagen afscheid van hem genomen om zich zelf te redden.
Op 5 mei bracht Davis de nacht door in Sandersville, tussen Augusta en Macon. Zijn gezelschap brokkelde steeds verder af. “They rode hard all day on May 6, and when they heard stories that Varina was not far ahead of them on the road, they rode even harder.
Tijdens een oponthoud – om een nieuw hoefijzer bij een van de paarden aan te brengen – hoorde hij dat een groepje reizigers er kort te voren gepasseerd was. “The traveling party matched perfectly the description of Harrison, Varina and their company”. Jefferson liet alle remmen los toen hij op zijn paard klom en verder wilde. “This move will probably cause me to be captured or killed”, liet hij de nog aanwezige begeleiders weten. “I do not feel you are bound to go with me, but I must protect my family”.
Die dag en het grootste gedeelte van de nacht reed hij door – in een steeds kleiner gezelschap. “The moon was high and dawn not more than two or three hours away when Davis encountered some dismounted men on the road”. Een paar minuten later stond hij oog in oog met Burt Harrison, zijn rechterhand in Richmond. Samen met Varina vluchtte hij steeds verder weg.
Volgens zijn echtgenote was het evenwel verstandig er alleen vandoor te gaan. “Cut loose your escort. Go swiftly and alone”, was haar advies.
Davis liet zich overreden, maar erg ver kwam hij niet, ook al vanwege het slechte weer: regen, storm en bliksem. Bij Abbeville (Georgia) werd hij ingehaald. “Harrison found the president, lying on the floor, wrapped in a blanket, trying to sleep”.
Opgepakt
Het gezelschap was uitgeput in de omgeving van Irwinville. “They pitched tents, one for the president and his wife, another for the children, while the rest of the men slept on the damp ground under the sky. Most were so exhausted that they fell asleep as soon as they lay down”.
De volgende ochtend, 10 mei 1865, werden ze gewekt door een groep van driehonderd noordelijke soldaten. “We were taken by surprise. Not one of us exchanged a shot with the enemy”, aldus Harrison later.
Een zwarte helper deed zijn best te redden wat er nog te redden viel. “He rushed to the president’s tent, where he found that Davis had slept in his clothes, removing only his boots and coat”.
De president wilde zijn echtgenote beschermen, maar die maande hem juist te vluchten. “She begged him to flee while he still could”.
Opnieuw liet Jefferson zich overreden. Maar in paniek trok hij verkeerde kleding aan. “He reached for his overcoat, grabbing instead Varina’s dark gray cloak. He barely had stepped out when Varina rushed out and threw her black shawl over his head and shoulders. He already had spurs on his boots as he quietly walked off toward the swamp and safety”.
Varina probeerde nog meer te helpen. “She sent one of her servant women running after Davis with a bucket in hand, as if going for water, thus hoping the Federals would think the two walking together were innocuous enough”.
Door de combinatie van vrouwenkleding en sporen aan zijn laarzen, viel de vluchteling op en werd aangehouden. Weldra werd hij herkend. Kolonel Pritchard liet weten hem met ‘Davis’ aan te spreken.
Jefferson bevestigde wie hij was, hoe hij heette. “After a moment or two, the prisoner admitted that that was indeed his name”.
De president van het zuiden was nu de gevangene van het noorden, met Andrew Johnson als president.
***
Een persoonlijke noot
In 1994 maakte ik voor het eerst een reis door een aantal Amerikaanse staten. Greetje en ik bezochten dat jaar onder meer de slagvelden van Manassas en Petersburg. Tevens waren we aanwezig in Appomatox, de plek waar legerleider Robert E. Lee zich overgaf aan Ulysses S. Grant. Tijdens diverse Amerikaanse trips groeide mijn belangstelling voor diverse aspecten van de Amerikaanse geschiedenis, inclusief de strijd tussen noord en zuid in de jaren 1861-1865.
In 1995 werd ik deeltijdstudent geschiedenis in Leiden. Tijdens een van mijn eerste onderzoeken verdiepte ik me onder leiding van Jaap de Moor in de veteranen van de burgeroorlog. Bovendien volgde ik een serie colleges over de Amerikaanse geschiedenis, die Eduard van de Bilt in Leiden gaf. In het najaar van 2017 waren Greetje en ik voor het laatst samen in de VS. We reisden door de zelfde staten, die president Jefferson Davis doorkruiste tijdens zijn onvrijwillige vlucht uit Richmond, die eindigde in Georgia, niet ver weg van Macon en Augusta, waar pop acts als Little Richard, Otis Redding, James Brown en de Allman Brothers Band zich hadden gemanifesteerd.
Robert E. Lee (nog) te zien in Duke University
In het hoofdgebouw van de Duke University was Robert E. Lee inmiddels verwijderd (uitgehakt), in Charlottesville was zijn ruiterbeeld in een zwarte vuilniszak ‘verpakt’. In Richmond stonden de ‘helden uit het zuiden’ nog op hun plek. Tijdens die reis bezochten we tevens Charleston (South Carolina), waar de afscheidingsbeweging vorm kreeg – en Fort Sumter, een ‘noordelijke’ versterking die in april 1861 door de zuiderlingen werd aangevallen, het begin van de burgeroorlog. Tijdens die laatste reis waren Greetje en ik bovendien voor de tweede keer in het courthouse van Appomatox, waar aan die zelfde oorlog een einde kwam doordat Robert E. Lee, om bloedvergieten te besparen, zijn troepen de strijd liet staken.
Tijdens die reis in 2017 begon ik me ervoor te interesseren hoe Jefferson Davis reageerde op de zuidelijke nederlaag. De biografie van zijn naamgenoot had ik bij de hand toen we door Virginia, de Carolina’s en Georgia rondtrokken. Aanleiding voor mij om dit ‘reisverslag’ op papier te zetten.
Harry Knipschild
11 juni 2021
- Raadplegingen: 7324