42 - Jimi Hendrix op zoek naar wat geluk (1969)
Jimi Hendrix (Seattle 1942 - Londen 1970) speelde geen opvallende rol in de popmuziek voor hij in de eerste week van januari 1967 doorbrak met zijn interpretatie van ‘Hey Joe’. Van het ene moment op het andere stond de gitarist-zanger in het middelpunt van de belangstelling. In Europa maakte hij nog single-hits met ‘Purple Haze’, ‘The wind cries Mary’ en ‘All along the watchtower’. In de Hot 100 van Billboard kwam hij nooit hoger dan de twintigste plaats.
De aanhangers van de muziek van de Amerikaan vielen vooral op zijn albums (‘Are you experienced’, ‘Axis Bold as Love is’, ‘Electric Ladyland’), zijn optredens en de mythe achter de persoon. Op Monterey (1967) stak Jimi zijn gitaar in brand, tijdens Woodstock (augustus 1969) speelde hij een rock-versie van de ‘Star Spangled Banner’. De filmversies van die optredens werden (en worden) over de hele wereld vertoond. Op 18 september 1970 kwam er onverwacht een einde aan het korte leven van Jimi Hendrix.
Over Hendrix is heel wat afgeschreven. Opvallend is Room Full of Mirrors. A Biography of Jimi Hendrix (2005). Charles Cross, de auteur, woonde in Seattle, zijn geboortestad. Eerder schreef hij Heavier than heaven, een bestseller over het leven van Kurt Cobain (Nirvana), eveneens in Seattle ter wereld gekomen. Cross slaagde erin met tientallen mensen te praten die direct met Jimi te maken hadden. Dat maakte zijn boek extra interessant. Een van de hoofdstukken behandelde de periode die voorafging aan het optreden in Woodstock: vanaf mei 1969. Cross noemde het ‘Happiness and success’.
Hendrix in 1969
Begin 1969 was Jimi Hendrix volgens Cross de grootste rockartiest in Amerika. Zijn drie albums, uitgebracht op het merk Reprise, hadden de album toptien van Billboard bereikt, ‘Electric Ladyland’ zelfs de bovenste plaats. Rockartiesten zijn meestal niet voorbereid op het grote succes waar ze van dromen. Als het er is kunnen ze er maar moeilijk mee omgaan. Bovendien is het uiterst onzeker hoe lang ze aan de top zullen blijven staan. Menigeen grijpt naar de fles of wat dan ook.
Op 3 mei 1969 vloog Hendrix van Detroit naar Toronto in Canada. Die avond zou hij er optreden. Bij aankomst werd zijn bagage door de douane gecontroleerd. Onder een fles avocado-shampoo, vitamine-pillen en een boek werden heroïne en hasjiesj aangetroffen. Ter plekke werd Jimi gearresteerd. De artiest ontkende iets geweten te hebben van wat hij bij zich had, aldus de Leeuwarder Courant van 31 januari 1970. “Ik heb vier keer marihuana gerookt, drie keer hasjiesj, twee keer getript (LSD ingenomen), en twee keer cocaïne gesnoven, maar nu ben ik de drugs ontgroeid, en heroïne heb ik nooit aangeraakt”. Een meisje zou hem ‘twee dagen eerder een flesje gegeven hebben en hij had gedacht dat het een zenuwstillend middel was. Hoe hij aan hasjiesj was gekomen wist hij niet. Waarschijnlijk heeft iemand het in mijn tas gestopt’.
Misschien wel omdat hij niemand minder dan Jimi Hendrix was kreeg hij toestemming die avond in Toronto op te treden. Op 5 mei betaalde hij een borgsom van tienduizend dollar. Zodoende kon Jimi zijn toernee voortzetten. Als hij veroordeeld werd kon hij een gevangenisstraf van tien jaar krijgen. De superster was doodsbang.
Jimi Hendrix stond nog op een andere manier onder druk. In de ogen van van sommige media en aanhangers verdiende hij veel te veel geld. Bij een optreden in Madison Square Garden zou Hendrix maar liefst veertienduizend dollar per minuut verdiend hebben. Toen hij klaagde over de kwaliteit van het podium, schreef een redacteur van de Village Voice: “Hoe haalt hij het in zijn hoofd met al het geld waarmee hij na het optreden wegloopt. Een artiest van zijn kaliber is verantwoordelijk voor zijn toehoorders”. In San Diego, Californië, moesten zijn aanhangers maar liefst vijf-en-een-halve dollar betalen voor de show.
De San Diego Door poneerde: “Het concert van Hendrix had een opbrengst van 35.000 dollar, waarvan 19.000 voor de artiest. Jullie moesten al dat geld opbrengen. Wie is hier de schurk? Onze ‘helden’ zijn uitzuigers”.
In Seattle
Met Carmen Borrero
Terwijl de drugsaffaire als een zwaard van Damocles boven zijn hoofd bleef hangen reisde Jimi van stad naar stad. Eind mei 1969 trad hij op in zijn geboorteplaats Seattle in het noordwesten van de States. Jimi had Carmen Borrero bij zich, een voormalige Playboy bunny en serveerster in de Whisky A-Go-Go. Na afloop van het concert zat de kleedkamer vol met familieleden en fans. Maar na een tijdje waren Carmen en hij nog maar alleen over. Een jongeman slaagde er nog in tot Jimi door te dringen. Hij had een elpee bij zich en vroeg of de rocker er zijn handtekening op wilde zetten.
“Heb je een auto bij je?”, vroeg Jimi. Hij stelde voor om met z’n drieën een rondrit door Seattle te maken. Dan zou hij laten zien waar zijn ‘roots’ waren.
De jongen wist niet wat hem overkwam. Hij kon alleen maar ja knikken. Hij verplaatste zich in een Volkswagen. De vering stak uit de stoelen. “Ik was juist van plan mijn auto morgen voor zestig dollar te verkopen”, met die woorden verontschuldigde hij zich. Jimi en Carmen kropen achterin. Er bleek ook een gat in de bodem van de Kever te zitten. Carmen kon zó haar voet op het asfalt zetten.
Twee uur lang reed het drietal door Seattle. Jimi wees elk huis aan waar hij gewoond had. “Op dat veldje heb ik mijn moeder nog geholpen met gras maaien”, wees hij aan. In Madison Street hielden ze halt bij een hamburgertent. Aan de overkant van de straat, duidde Jimi, was het parkeerterrein waar hij in een amateurband (de Tomcats) gespeeld had voor hij in dienst moest. Hendrix had in die tijd een hamburger voor zijn vriendinnetje willen kopen, maar hij kon zich de tien dollarcent niet veroorloven om haar te verwennen. Ook nu, als vermaard artiest, had hij geen cent op zak. Jimi had nooit geld bij zich. De jonge fan haalde wat kleingeld te voorschijn zodat iedereen weldra in het autootje zat te smikkelen. Niemand van de hamburgertent had Jimi Hendrix herkend toen hij samen met de jongen de bestelling opgaf. Twee jongelui met een oude Volkswagen, de situatie was bizar genoeg, aldus Cross.
De volgende halte was Garfield High School. Jimi wees naar de ramen van het gebouw en vertelde wat voor lessen er achter elk raam gegeven waren in de tijd dat hij er moest leren. De school had een bijzondere aantrekkingskracht op de rockgitarist. Tijdens zijn concerten in Seattle praatte hij er voortdurend over. Veelal droeg hij zijn optreden zelfs aan zijn oude school op. En dat terwijl hij die, of juist omdat hij die, nooit had afgemaakt. Juist in deze tijd, lijkt het, besefte de beroemdheid wat hij allemaal gemist had.
Tijdens het laatste gedeelte van de nachtelijke rondrit liet Jimi alle huizen zien waar hij vroeger gewoond had. “In elk huizenblok was wel een plek waar hij kort of lang gezeten had”, vertelde Carmen later aan de auteur van het boek. “Hij zat boordevol verhalen over elk onderkomen”. Jimi wees ook de verblijfplaatsen aan waar in het verleden zanger Ray Charles, musicus-arrangeur Quincy Jones en platenproducer Bumps Blackwell (Lloyd Price, Sam Cooke, Little Richard) gewoond hadden.
Ze naderden een oud hotel. “Op deze plek woonde mijn moeder”. Jimi werd emotioneel en stelde voor het graf van moeder Lucille te gaan opzoeken. Dat was in Renton, slechts een half uur rijden, wist hij. Intussen was de nacht al ver gevorderd. Voor Carmen hoefde het allemaal niet meer. “Over een paar uur moeten we in het vliegtuig naar Californië zitten. Vanavond moet je weer de bühne op”. Dat gaf de doorslag. Jimi besefte dat hij moe was. Achter in het autootje zat hij te gapen. De jongeman zette de artiest en zijn vriendin af in hun hotel. Wat hij daarna over zijn avontuur vertelde laat zich raden.
Het einde van de Jimi Hendrix Experience
Op 19 juni 1969 moest de artiest zich opnieuw in Toronto melden. Jimi had voor het eerst van zijn leven een net pak aan. Op 8 december zou de volgende zitting zijn. Het ‘zwaard’ bleef boven zijn hoofd hangen. De Amerikaan vloog vervolgens naar Los Angeles. Tijdens een optreden op het Newport Pop Festival verdiende hij met één concert niet minder dan honderdduizend dollar. Een record. Hendrix was evenwel niet tevreden. Vanwege de drugsaffaire had hij niet goed kunnen spelen. Om zijn aanhang tevreden te stellen gaf hij de volgende dag een extra optreden, samen met drummer Buddy Miles en zanger Eric Burdon (van de Animals). Gratis.
Chas Chandler, de bassist van de Animals, had Hendrix in 1966 naar Engeland gehaald. Chandler had zich opgeworpen als de behartiger van alle zaken van de artiest. Hij had hem ook geholpen met het aantrekken van Britse begeleiders. In samenspel met drummer Mitch Mitchell en bassist Noel Redding was de Jimi Hendrix Experience geboren. Alle succesvolle platen waren niet alleen van Jimi, maar ook Mitch en Noel. Maar Jimi was het gezicht van de band.
In het voorjaar van 1969 was Hendrix tot de conclusie gekomen dat hij zich op een andere manier als artiest wilde ontplooien. Hij zat boordevol ideeën en zocht mensen met wie hij die kon uitproberen. Vooruitlopend op een optreden in Denver nam hij contact op met twee muzikanten, Herbie en Billy Rich. Of ze die avond vrij waren om samen wat te musiceren. Jammer, hoorde hij. Ze moesten op een bruiloft in een park spelen. Tijdens de receptie arriveerde een limousine. Niet het bruidspaar, maar Jimi Hendrix stapte uit. Hij stapte het toneel op. Het feest liep al snel uit de hand. “Iedereen in het park liep op de muziek af om Jimi te zien spelen”, aldus Billy Rich later.
Een dag later had in het Mile High stadion een optreden van de Jimi Hendrix Experience plaats. Het laatste. Noel Redding wist van niets. Een journalist liep op hem af. “Wat doe jij hier”, hoorde hij, “ik dacht dat je niet meer in de band zat”. Zo kwam hij erachter dat zijn rol na die avond in Denver, Colorado, uitgespeeld was. Noel Redding vloog terug naar Engeland, Hendrix reisde door naar New York.
In Marokko
Met Mike Jeffrey
Het einde van de Experience bracht de geldmachine in de problemen. Van de drie Hendrix-albums waren miljoenen exemplaren verkocht. Hoe moest dat nu verder? Michael Jeffrey zette druk op de ketel. Er moest dringend een nieuwe langspeelplaat komen. De manager had zelf een huis in Woodstock. Een eindje verderop huurde hij een pand voor Jimi. Dat kostte hem drieduizend dollar per maand. Daar kwamen dan nog de kosten bij van het onderhoud en een kok. Het was verdomd veel geld. Maar nu moest Jimi hard aan het werk. De kassa moest blijven rinkelen.
In New York en omgeving had Hendrix nieuwe contacten gelegd. Met de zakenman Howard Deering. En met twee vrouwen, Colette Mimram en Stella Douglas. Die runden een boetiek. Jimi, 26 jaar oud, trad een andere wereld binnen. Over muziek werd niet of nauwelijks gepraat. De dames brachten hem bijvoorbeeld tafelmanieren bij. Hij wist nu hoe hij zich in een goed restaurant moest gedragen. Dat had hij eerder nooit geleerd.
Met Colette, Stella en Howard praatte Jimi voor het eerst over kunst, filosofie, religie en politiek. In de rockmuziek was Jimi de trendsetter, in zijn nieuwe kennissenkring was hij een gretige maar onervaren leerling. De belangstelling voor andere zaken dan muziek viel niet in goede aarde bij zijn manager. Er moest een nieuw album komen, maakte deze nog eens duidelijk. Jimi trok nieuwe muzikanten aan zoals de percussiespelers Jerry Velez en Juma Sultan. Billy Cox nam de plaats van Noel Redding in. Naar een eventuele nieuwe drummer werd nog gezocht. Mitch Mitchell zat sowieso in Engeland.
Zijn nieuwe kennissen maakten een reis naar Marokko. “Waarom kom je niet met me mee”, stelde Deering voor. Jimi Hendrix, de man die de laatste paar jaar zoveel geld verdiende, had nog nooit van dat succes kunnen profiteren. Hij was zelfs nog nooit op vakantie geweest. Jimi belde zijn manager. Die was woedend maar machteloos toen hij hoorde dat Jimi op het punt stond naar Afrika te vertrekken. Een tweede telefoongesprek was met Toronto. Jimi moest de autoriteiten daar toestemming vragen om het Amerikaanse continent te verlaten.
Billy Cox, Colette Mimram, Jimi Hendrix
Volgens Howard Deering genoot Jimi Hendrix in Marokko. Met z’n vieren huurden ze een oude Chrysler. Ze reden door de woestijn en bezochten historisch interessante plekken. Ze kochten vloerkleden, ze praatten over van alles en nog wat. Jimi kwam helemaal tot rust. “Jimi had a ball. It was amazing to watch him, as a black man, experience Africa. He loved the culture and the people, and he laughed more than I’d ever seen him laugh. We talked about theater, art, Africa, but never music”, aldus Deering. “The vacation seemed to give him nourishment. It recharged him”, vertelde Colette later.
Op 15 mei 2005 schreef Steven Adolf een artikel over Jimi Hendrix in Marokko. De Spaanse correspondent van NRC Handelsblad bezocht het land 36 jaar later en praatte met de mensen. “De ogen van de grijsbesnorde Chérif Regragui lichten op als de naam Hendrix valt. De muzikant beheert de lobby van het statige Hôtel des Iles even buiten de oude medina van Essaouira. In hotel Riad al Madina bracht Jimi Hendrix – volgens de advertentie van het hotel – ooit de nachten door. ‘Daar kwamen alle hippies samen’”. Adolf zocht verder: “In het pittoreske havenrestaurant Chez Sam hangt een foto van een jonge Hendrix. ‘Pour mon ami Sam’, staat er onder”.
De inwoners van Diabat wisten niet meer precies wanneer de gitaargod op die plek geweest was. Ze hadden het idee dat zijn verblijf twee maanden geduurd had. Er was in 2005 zelfs een Hotel Hendrix. “Nee in zijn hotel is Hendrix nooit geweest, zo vertelt de eigenaar. Hijzelf is van 1963 en was dus wat jong voor een ontmoeting”.
Elders had de journalist wél succes. “Kamal Ottmani (54), ex-hippie en thans uitbater van het kunstzinnige restaurant El Minzah, heeft Hendrix wel gezien. Hij zat met wat vrienden koffie te drinken op het terras van het Café de France toen er een Cadillac met chauffeur op het pleintje stopte. Het was de gastenauto van het exclusieve Hotel Mamounia in Marrakech. Jimi Hendrix stapte uit. ‘Ik herkende hem direct. Hij kreeg koekjes en thee aangeboden’, herinnert Ottmani. ‘Jammer dat we geen foto hebben gemaakt. Hij is waarschijnlijk dezelfde dag weer terug naar Marrakech gegaan’”.
Terug naar Amerika
Na negen dagen vertrok Hendrix uit Marokko. Via Frankrijk vloog hij terug naar New York. Op het vliegveld van Parijs, is in het boek te lezen, had Jimi een onverwachte ontmoeting met Brigitte Bardot. Aan Deering vertelde hij later dat hij ter plekke besloot zijn vlucht naar huis te missen. Hij wilde het bed delen met de beroemde actrice. Hendrix wist vrouwen makkelijk voor zich in te nemen. Twee dagen lang zou hij met Bardot ‘opgetrokken’ hebben. Zijn ‘joie de vivre’ had volgens de auteur nog een ander voordeel – hij bleef nog een aantal uren uit handen van zijn manager.
Terug in het kostbare huurhuis produceerde Jimi ineens heel andere muziek. Percussie-speler Juma Sultan maakte een aantal opnames met hem. “Het was alleen maar zijn accoustische gitaar en mijn percussie. Het was fenomenaal – een geluid in de stijl van Wes Montgomery of Segovia, maar dan met Marokkaanse invloeden”.
Van het opnemen van een nieuw album kwam voorlopig niets terecht. De platenmaatschappij bracht daarom de elpee ‘Smash Hits’ uit, een verzameling Europese hitsingles. Toch was de druk nog lang niet van de ketel. Jeffrey had Hendrix geboekt als top of the bill van het Woodstock Festival. Jimi zou er als laatste optreden, op zondagavond. Zijn manager had hem weten te verkopen voor 32.000 dollar. Geen enkele andere groep kreeg meer. De band moest die gage dus waarmaken. Ondanks de afwezigheid van Noel Redding had Mitch Mitchell zich toch maar bij de nieuwe groep muzikanten aangesloten. Maar enthousiast was hij niet. Het was de enige groep, liet hij later optekenen, die met veelvuldig repeteren niet beter werd. Pas een week vóór Woodstock had Jimi zijn begeleidingsgroep compleet.
Jimi tijdens Woodstock
Het festival, dat in werkelijkheid niet in Woodstock maar in Bethel gehouden werd, verliep chaotisch. 186.000 ‘hippies’ hadden een kaartje gekocht. Maar liefst 800.000 mensen probeerden het terrein te bereiken. Met die menigte had de organisatie geen rekening gehouden. Het programma zou op zaterdagavond 17 augustus afgelopen zijn. Maar na middernacht waren er nog concerten van Blood, Sweat & Tears, Johnny Winter, Crosby, Stills & Nash (met Neil Young), Paul Butterfield en Sha Na Na.
Het was al lang maandag, wasdag, toen Jimi Hendrix met zijn muzikanten op het podium verscheen. Van het half miljoen bezoekers waren er nog ‘slechts’ veertigduizend over. Jimi deed ‘zijn ding’ zoals dat tegenwoordig heet. Vanaf ’s morgens half negen, een ongebruikelijk tijd voor een rock-concert, speelde hij zestien nummers, waaronder ‘Voodoo Child’, ‘Purple Haze’, ‘Red House’, ‘Fire’ en ‘Spanish Castle Magic’. Bijna aan het einde van zijn optreden sloot hij Woodstock af met het Amerikaanse volkslied, ‘Star Spangled Banner’. Een filmcrew was aanwezig en legde het vast. Miljoenen mensen zouden er later vol verbazing naar kijken, in 2010 zelfs op YouTube, een site op het internet, een volstrekt onbekend fenomeen in 1969.
***
Of Jimi in 1969 het geluk vond blijft de vraag. Maar hoe dan ook, voor het einde van het jaar werd hij in Toronto vrijgesproken. In plaats van achter de tralies ‘af te kicken’ kon hij in de vrije wereld verder leven en muziek maken. Tijdens de jaarwisseling gaf Hendrix in New York een aantal concerten, samen met Billy Cox en drummer Buddy Miles. Technicus Eddie Kramer monteerde er ‘Band of Gypsies’ van. Vanwege contractuele problemen verscheen het album niet bij Reprise maar op Capitol Records. Het was de laatste plaat die tijdens zijn leven verscheen.
Een Nederlandse Edison voor ‘Band of Gypsies
Harry Knipschild
6 augustus 2010
Clips
Literatuur
'Jimi Hendrix on $10,000 bond in dope case', Jet, 29 mei 1969
'Breuk Hendrix Experience', Leeuwarder Courant, 12 juli 1969
Sheila Weller, 'Jimi Hendrix, 'I don't wanna be a clown any more'', Rolling Stone, 15 november 1969
'Jimi Hendrix vrijgesproken in drugsproces', Leeuwarder Courant, 31 januari 1970
Charles Shaar Murray, Jimi Hendrix, kind van de regenboog, 27 november 1942 - 18 september 1970, Amsterdam 1995
Charles R. Cross, Room Full of Mirrors. A Biography of Jimi Hendrix, New York 2005
Steven Adolf, 'Jimi Hendrix' mysterieuze zandkasteel', NRC Handelsblad, 15 mei 2005
- Raadplegingen: 30051