323 - Jonge rockmuziek in de vroege seventies: Slade
Tegen het einde van de sixties deed zich een bijzondere ontwikkeling voor in de geschiedenis van de popmuziek. Voor de wat oudere jeugd werd de langspeelplaat belangrijker dan een single met de nieuwste hit erop.
Groepen die (meestal) begonnen waren met 45 toeren-platen gingen zich steeds meer concentreren op het maken van albums. ‘Pet Sounds’, ‘Sgt Pepper’, ‘Tommy’, ‘Freak Out’, ‘Atom Heart Mother’, ‘Blonde on Blonde’, ‘Astral Weeks’ en ‘Electric Ladyland’ zijn enkele internationale voorbeelden. In Nederland manifesteerden Cuby & the Blizzards zich met ‘Groeten uit Grollo’, Sandy Coast met ‘Shipwreck’, Golden Earring met ‘Eight Miles High’, de Outsiders met ‘C Q’.
Een jongere generatie had vanaf die tijd nieuwe idolen, die wederom met singles aan de weg timmerden. Mede dankzij die ‘frisse’ aanpak wisten groepen als Shocking Blue, Tee Set en de George Baker Selection hoog in de Amerikaanse hitlijsten terecht te komen.
Ambitieus jong talent was er natuurlijk ook voorhanden in Groot-Brittannië, het land dat eerder de Beatles, Rolling Stones, Pretty Things, Small Faces, Searchers, Kinks, Hollies, Herman’s Hermits, Troggs, Procol Harum, Pink Floyd, de Who en de Move naar voren geschoven had. Sommige ‘oudere’ popmuzikanten gingen een andere, een volwassen, rol in de muziekwereld spelen.
Chas Chandler
Bryan ‘Chas’ Chandler (1938-1996) was zo iemand. Als basgitarist van de Animals (‘House of the Rising Sun’, 1964) verplaatste Chas zijn zakelijke domicilie vanuit het noordelijke Newcastle naar de hoofdstad Londen. Chandler stond open voor nieuw talent. In 1966 zag hij Jimi Hendrix (1942-1970) gitaar spelen in New York. Chas werd manager en producer van de Amerikaan. Mede dankzij zijn inzet werd Jimi Hendrix een wereldster.
Rond 1970 werd Chas manager en producer van een groep uit Wolverhampton die sinds enige tijd optrad onder de naam Slade. De nieuwe man liet zijn groep van stijl en imago veranderen en bracht de jongens onder bij de mensen van Polydor in Londen, bij wie hij in 1967 Jimi Hendrix met succes geïntroduceerd had.
Slade
plaquette Chas Chandler in Newcastle, foto Margaretha Suman, 2016
Bij Jimi Hendrix begon Chandler met diens bewerking van ‘Hey Joe’. Bij Slade paste Chas snel dezelfde methode toe. Een vroege single van de groep met hem als producer was ‘Get down and get with it’, een song uit 1964 die ook Little Richard in zijn repertoire opgenomen had. In het voorjaar van 1971 verscheen ‘Get down with it’ op de platenmarkt.
Vooral in Nederland deed de groep het meteen opperbest. In Engeland werd ‘met moeite’ klassering 16 gehaald, bij ons verscheen Slade in de zomer van dat jaar meteen al in de top tien.
Slade was heel anders dan Mud, Middle of the Road, Love Affair, Bay City Rollers, Rubettes en de Sweet, die in ongeveer dezelfde periode gelanceerd werden. Dat waren acts die het in eerste instantie moesten hebben van studioproducers met goede ideeën en songs die ze ofwel zelf schreven of op een andere manier te voorschijn wisten te toveren.
Slade was een groep die veel op de bühne stond. Omdat ze het voor jongelui dan helemaal maakten, wisten de artiesten populair te worden en singles te verkopen.
‘Working class heroes’
Nick Kent, een van de meest kritische Britse journalisten uit de geschiedenis van de popmuziek, die groepen als Queen neersabelde, liet zich over Slade in lyrische termen uit.
“Far more so than all the Bowies, Bolans and Roxies, Slade are easily the most important British band of the seventies”, schreef Kent in 1973. Slade vond hij een echte rockband voor de niet-elitaire jeugd. “We all love Slade and why not? They’re good lads, they make great rock ’n’ roll singles and they know their place”.
De jongens van Slade waren volgens hem echte ‘working class heroes’ geworden – in tegenstelling tot John Lennon. “John Lennon may claim to have defined that particular life-style in song, but he was never really a true working-class hero. He was too quick with his tongue, wrote books and was inclined towards cynicism.
Lennon seemed always to be hanging in an uncomfortable limbo between working-class precociousness and the middle-class sneer sensibility that the Rolling Stones adhered to all their work”.
In zekere zin had Slade voor Kent de plaats van de Rolling Stones en Beatles ingenomen voor de arbeidersjeugd. “The Stones were the actual prime-movers behind the successful transformation of the ’60s rock culture into a solid middle-class phenomenon, with the result that the unselfconsciousness of ’50s rock n’ roll - the common touch of yore - was transmuted into a new music/life-style.
The workers always had their football so they weren’t really losing out on their own outlet for stripped-down thrills. The Beatles may have brought art back to the people at a time when such a move seemed at its most remote, but they did so by transcending and consequently ignoring their original working-class affiliations.
Only Ringo Starr remained true to his roots. Now Ringo knew his place, it was against his nature to start mouthing off about drugs and mystical awareness. He just kept quiet, looking slightly ludicrous in his kaftan, unblemished by the artistic ‘edge’ that now characterized middle-period Beatles, and bided his time”.
En nog eens: “Slade represent a return to rock as pure phenomenon as well as strutting out as the first great unashamedly working-class band to cross the boards in a dog’s age”.
Zanger Noddy Holder benadrukte het imago van de band nog eens door een arbeiderspet te dragen.
Slade in Muziek Expres (1972-1973)
In een interview met het maandblad Muziek Expres zwaaiden de leden van Slade in 1972 alle lof toe aan hun manager-producer. “De groep heeft veel respect voor Chas Chandler, de man die nog niet zo lang geleden hetzelfde werk deed voor Jimi Hendrix. Gitarist Dave Hill: ‘Chas en John Steel [eerder drummer bij de Animals] hebben altijd bijzonder hard gewerkt om voor ons een definitieve doorbraak te forceren. Waarschijnlijk waren we er zonder Chas nooit gekomen. Hij heeft altijd in ons geloofd. Ook toen er twee jaar lang helemaal niets gebeurde’.
Jimmy Lea: ‘Toen we destijds Chas ontmoetten schreef geen van ons muziek. Hij gaf ons zelfvertrouwen, waardoor we aan het werk gingen en op die manier ontstonden onze nummers’”.
Chandler zorgde er tevens voor dat er niet meteen te hoog gegrepen werd. “Bij het management van Slade komen regelmatig aanvragen binnen voor optredens in grote zaten, hallen of theaters. Hill: ‘Het is een geleidelijke en daardoor gezonde ontwikkeling. We hadden een tijdje geleden ook wel ergens in een grote zaal kunnen gaan staan, maar wanneer er dan een handjevol mensen komt opdraven, schaadt dat je populariteit en is het bovendien een slechte publiciteit voor je naam’”.
Lea maakte duidelijk dat Slade echt een groep van de jaren zeventig was. De sixties waren voor hem voorbij. “We willen op geen enkele manier ergens aan vast raken. Je moet blijven zoeken naar nieuwe wegen, doe je dat niet, dan is het gauw met je afgelopen. Ik geloof dat we op deze manier nog een flinke tijd door kunnen gaan. Onze muziek slaat aan bij een generatie waarvan wij deel uit maken”.
Jim Lea (links) en Dave Hill (Avro's Top Pop)
Begin 1973 publiceerde Muziek Expres een nieuw artikel over Slade. Dave Hill, 26 jaar, vertelde over de snelle veranderingen in zijn leven. Hij was opgegroeid in de ‘grauwe omgeving van een industriewijk’. De beroemde gitarist woonde nog steeds gewoon thuis bij zijn ouders in Wolverhampton .
Dave: “Het begon allemaal toen ik op de High School zat. Ik maakte nogal vaak moeilijkheden. Vechtpartijen, fietsen pikken en onderdelen ervan. Toen ik dertien was had ik zelfs met een paar vrienden ingebroken in een school. De enige reden die ik er nu voor kan geven is verveling. Ik had niets anders te doen. Ik wilde dolgraag pianolessen gaan volgen maar mijn ouders konden dat niet betalen. Ik voelde dat ik iets met muziek moest gaan doen. Maar op school kreeg ik zelfs geen blokfluitles”.
In het Nederlandse maandblad was te lezen: “Dit was echter niet het enige probleem van de jonge Dave. Hij stond ook al niet erg hoog in aanzien bij de meisjes. Dave wilde af en toe wel eens met een of ander meisje op stap. ’t Was zelfs een keer zo erg dat een meisje waar Dave mee uit wilde zei: ‘Wat denk jij wel, lelijkerd’.
Nu zijn de kansen gekeerd. Dave zegt: “Het is tegenwoordig ontzettend moeilijk om met een meisje dat ik echt zie zitten uit te gaan. Er zijn er plenty die graag met me op stap willen, maar alleen omdat ik iemand van de beroemde Slade ben. Mijn zus waarschuwt me bijna dagelijks voor meisjes die uit zijn op m’n geld’”.
Jimmy Lea in Record Mirror
Een paar maanden later, september 1973, werd de toen 24-jarige Jimmy Lea uitgebreid aan het woord gelaten in het Britse weekblad Record Mirror. In twee lange artikelen vertelde hij een en ander over zichzelf en Slade.
“As all Sladists will know, Jimmy writes all the music for their songs while [zanger] Noddy Holder takes care of the lyrics”. De basgitarist, die minder op de voorgrond trad dan de zanger zal ongetwijfeld meer geld verdiend hebben dan Dave Hill, de extroverte gitarist in zijn opvallende kledij, waaronder plateauschoenen met hoge hakken. Hij schreef immers de melodieën van al die Slade-hits.
N’Betweens
In tegenstelling tot Hill had Jimmy wél muziekles gehad. Hij had als kind zelfs viool gespeeld in het Staffordshire Youth Orchestra. Maar nooit als solist. “No, just one of the mob. I hated it. The people in the orchestra were crap. I couldn’t even speak to them. I used to try you know. I thought well at least if I could make a friend I might enjoy it”.
Later was Jimmy, die meer instrumenten beheerste, bas gaan spelen bij de N’Betweens in Wolverhampton. Hij was er al bij in 1966 toen Johnny Howles die groep verliet en er een nieuwe zanger gezocht moest worden. Noddy Holder was een van de kandidaten. “He was dead low and we didn’t think he could sing but it was our roadie, he said ‘have Nod, he’s good enough’”.
Roadmanager Swinn wist dus te bereiken dat Noddy Holder zanger werd van de N’Betweens, die hun naam veranderden, eerst in Ambrose Slade, later alleen Slade.
In tegenstelling tot de Beatles en Brian Epstein eerder wilden de leden van Slade beslist niet naar Londen verhuizen. Lea: “We like to stay in Wolverhampton. We just feel comfortable there, we’ve got our mates there and everything. I never go out to clubs or anywhere in the town. What little time we have we like to spend at home. We’ve all just bought houses and cars. I’ve just bought a Jag XJ Six”.
Jimmy Lea zette zette zich zeker niet af tegen de Beatles. In zijn nieuwe Jaguar had hij een stereo-installatie laten aanleggen en luisterde regelmatig naar muziek van de jongens uit Liverpool. Paul McCartney noemde hij een ‘incredible bass player. He’s cream. I listen to some of his stuff and I don’t know where it comes from. He’s brilliant’.
De Beatles waren echter geen nadrukkelijke bron van inspiratie bij het schrijven van liedjes. Dat was het publiek. “It’s the audiences, what goes on around us, how they respond, what we think of them, what they think of us”.
Aan Peter Harvey, redacteur van Record Mirror, legde Lea uit hoe de hits van Slade tot stand kwamen. Jimmy deed niet meer dan de melodie schrijven. Daarna liet hij de song over aan zanger Holder. “I never bother with lyrics. I just write the tunes. Nod always writes the lyrics. I might say I’d like a respect line here, we’ll discuss it, then he’ll go away”.
Pas in de studio hoorden de leden van Slade het eindresultaat. “The first time we all hear it is when we’ve all got the cans on in the studio. Nod will be singing away ’cause we do everything live in the studio, and we hear the lyrics for the first time and all start laughing ’cause they’re usually a bit funny you know. It’s a good buzz. You know you’re all laughing at each other and pushing it down and it’s happening”.
In tegenstelling tot de ‘gevorderde’ groepen, die in de seventies steeds meer experimenterden met multi-tracks en soms maanden uittrokken voor een nieuw plaatproject ging het er bij Slade spontaan aan toe, legde Jim uit. Ook ‘The House of the Rising Sun’ van de Animals was in record tijd op de band gezet, zal hij zeker van Chandler gehoord hebben. En die single had de bovenste plaats in Amerika gehaald.
Slade op voorpagina van Record Mirror, 6 oktober 1973
Op het nieuwe album had Jimmy een nummer zelf gezongen. Evenals bij de songs die Noddy Holder zong ging alles tegelijk. “I played and sang at the same time and it all went down live. I found I was playing much simpler bass but it fitted so much better than what I would have played if I hadn’t been singing”.
Een paar keer proberen, hoorde de pop-journalist, en dan stond zo’n nieuwe Lea-Holder song kant en klaar op tape. Een single van Slade kwam uiterst spontaan tot stand. Het werden allemaal grote hits: achtereenvolgens ‘Coz I luv you’ (met een vioolsolo van Jimmy Lea), ‘Look wot you dun’, ‘Take me bak ’ome’, ‘Mama weer all crazee now’, ‘Gudbuy T’Jane’, ‘Cum on feel the noize’, ‘Skweeze me, pleeze me’ en ‘My friend Stan’.
Op die manier zou het nog jaren kunnen doorgaan.
Problemen bij Slade
Het leven van de leden van de uiterst populaire Slade leek te mooi om waar te zijn. Ze reden in dure auto’s rond, hadden huizen gekocht en vonden de liefde.
Was het niet moeilijk om een normaal bestaan te leiden, vroeg de verslaggever van Record Mirror.
Wat Jimmy Lea dwars zat was dat hij in Londen beschouwd werd als eigendom van willekeurige mensen. “People sometimes tend to think that you are public property and those people I have no time for. We can’t go anywhere now. It’s just hopeless, you can’t even walk down the street. I went to a pub the other night for just half an hour’s drinking and you wouldn’t believe the scenes. It got really rough. Parents come up and say ‘the kids buy your records, you’ve got to sign this’ and I think ‘who do you think you are?’
It gets really really heavy with that sort of thing. You get millions wanting autographs. You could never sign them all so you just have to charge through.
Or you get people who are just heavy with you. Like there will be about five people and they will start slagging you off. It never used to be like that. It used to be right. It’s just this year since the last two went straight to one, there’s a marked change in the way things have gone. Now we can’t do anything, can’t walk down the street, go to pictures, anything”.
Om een beetje privacy te houden in Londen, bijvoorbeeld voor de opname van een single, hadden ze een list bedacht. “We change the hotel every time we come to London. It is a secret. Just studio and back each day”. Ze waren er inmiddels aan gewend, verklaarde de basgitarist. “You tend to live with it”.
Voor Slade en Chas Chandler leek het zakelijk perfect te gaan. De ene hit na de andere, wat wilde je nog meer?
Het succes bleef echter beperkt tot Europa. Met de Animals en Jimi Hendrix had Chas Chandler ervaren hoe je de hele westerse wereld kon veroveren. Bij Slade wilde dat maar niet lukken.
De groep maakte diverse toernees door Amerika. Slade kwam desondanks niet ver. Hun singles voldeden niet aan de Amerikaanse criteria om op de radio gedraaid te worden.
Jimmy Lea; “We are having great difficulties over there with the heavyness of our records. They are commercial, great. But it’s the raucousness of them. They like them but we have trouble with the radio stations.
There’s AM and FM. AM is out and out pop and FM is underground though it’s getting more commercial – that’s where we are getting our breaks at the moment, with the underground stations.
But we don’t wanna be underground. We wanna be overground. We wanna be on the telly and get on the radio. FM radio makes the audiences over there older. We’d like to do it for both because like in England we’d do Sounds of the Seventies and the Jimmy Young Show with the same tape.
You can get away with it here because there’s only one station. In America there’s billions”.
Juli 1973
De allergrootste ramp voor Slade in 1973 was het auto-ongeluk van drummer Don Powell, waarbij zijn vriendin Angela Morris om het leven kwam. Het zag er naar uit dat ook Don het niet zou redden .
De groep zou voor het tv-programma Top of the Pops een opname maken van hun nieuwe Britse nummer één-single ‘Skweeze me pleeze me’. Kort na het ongeluk ging Top of the Pops de lucht in.
Peter Harvey: “Obviously, the accident was about the most unexpected and unplanned for happening in their year. Jimmy Lea: ‘It happened on Tuesday night and we were due to do Top of the Pops on the Wednesday, so Top of the Pops was recorded. It came out on Friday with ‘Skweeze Me Pleeze Me’ at one, and they didn’t put anything on, just put the kids on dancing. I expected some film to come on.
I saw some mates of mine afterwards and a chill went through me. It was as if we’d all been killed. The tragedy of the thing was hanging over everybody anyway. They did the right thing. As it was Don was getting stronger by the time it was shown. He was unconscious but at least he was living. But they didn’t know whether he was going to live or die’”.
De BBC hield bij ‘Skweeze me pleeze me’ dus rekening met het ongeluk van de muzikant.
Don Powell overleefde de ramp maar kon voorlopig nauwelijks functioneren. De fans leefden mee met de drummer.
Jimmy Lea: “You wouldn’t believe the reaction when Don had the accident. I mean from all over the world. I couldn’t start to mention the countries because they were all over the show. Letters were just addressed to Don Powell, Wolverhampton, England. They didn’t know the address but the letters were getting to the hospital. There was tons of mail round his bed and chewing gum ’cause he had about five tons of chewing gum. He’s saved it. He won’t have to buy any chewing gum for a few years”.
Intussen zat de veelgevraagde groep zonder slagwerker.
Een voorlopige oplossing werd gevonden. Frank, de broer van Jimmy Lea, ging mee naar het popfestival op het eiland Man. Jimmy: “I felt nervous because he was on the drums and I had to cue him all the time”.
Frank Lea, loodgieter van beroep, faalde niet. “The second gig he got everything fantastic. He did unbelievable. He didn’t make one mistake and when he stood up to take a bow he got a huge cheer. The crowds were great. He’s down in London now getting a band together. He couldn’t go back to plumbing. He’d only had limited experience with local bands but he’s absolutely 100 per cent”.
Kerstmis 1973
Op het moment dat het blad Record Mirror het interview met Jimmy Lea publiceerde was Slade alweer naar Amerika vertrokken, in de hoop daar zo door te breken als eerder de Animals (Eric Burdon) en Jimi Hendrix gedaan hadden. Don Powell was er bij.
De groep maakte er echter nooit hits. Hun ‘grootste succes’ in de VS was ‘Mama weer all crazee now’ – die single haalde een 76ste plaats in de hitlijsten van Billboard.
Terug in Groot-Brittannië kwam Slade echter met een verrassing: de in New York opgenomen kerstsingle ‘Merry Christmas Everybody’. Met dat nummer, wederom een song van Jimmy Lea en Noddy Holder, haalden ze opnieuw de nummer één positie in het thuisland. En opnieuw deed Amerika niet mee.
Achteraf bekeken ging het na ‘Merry Christmas Everybody’, hun laatste nummer één, langzaam maar zeker bergafwaarts. In 1975 dreigde Slade uit het zicht te verdwijnen.
Op 26 augustus van dat jaar durfde popjournaliste Kris DiLorenzo zelfs te vragen hoe lang het nog zou duren. Zouden de mensen over dertig jaar, in 2005 dus, nog wel weten wie Slade was (geweest).
Drummer Don Powell maakte er een grapje van: “Me mum would!”
Zanger Noddy Holder was serieuzer: “I think so. The people who’ve been to see your act at a concert and you got them off on a certain night – they’ll always remember that. I can remember every band I’ve ever been to see that got me off”.
De hechte samenwerking van de vier muzikanten uit Wolverhampton hield Slade nog lange tijd bij elkaar, totdat begin jaren negentig eerst Noddy Holder en daarna Jim Lea vertrokken. Dat tweetal bleef nog inkomsten houden aan de door hen gecomponeerde liedjes. Gitarist Dave Hill en drummer Don Powell gingen evenwel door.
“Merry Christmas Everybody’ (Barn Publishing, van Chas Chandler) bezorgde Jim Lea en Noddy Holder levenslange inkomsten. Aan het einde van elk jaar werd de song opnieuw opgepakt door de media en het platenkopend publiek. Bovendien verschenen er regelmatig covers.
Dankzij hun Amerikaanse kerst-‘grapje’ is Slade nog lang niet vergeten. Elk jaar levert de song aan de componisten en de uitgever een bedrag van ongeveer 600.000 euro op (een half miljoen Engelse ponden). Niet slecht voor een deuntje van een paar minuten uit 1973.
Harry Knipschild
22 maart 2018
Clips
Literatuur
Eric Burdon: ‘Jimi Hendrix was een bus waar iedereen een kon stappen’, in Pim Oets, Popnamen, Born 1971
‘Slade aan het woord’, Muziek Expres, juli 1972
‘Veel meisjes zijn uit op het geld van Dave Hill’, Muziek Expres, januari 1973
Nick Kent, ‘The kidz are all right’, New Musical Express, 7 juli 1973
Peter Harvey, ‘Leading qustions’, Record Mirror, 29 september 1973
Peter Harvey, ‘Jim Lea: ‘We just don’t worry’’, Record Mirror, 6 oktober 1973
Ed Wapper, ‘Slade – Million dollar schoffies’, Veronica, 17 november 1973
Kris DiLorenzo, ‘Slade – not as crazee as wee thought’, Good Times, 26 augustus 1975
Pierre Oitmann, ‘Kersthit Slade levert jaarlijks ruim 600.000 euro op’, Nu.nl, 12 december 2013
- Raadplegingen: 11982