Skip to main content

293 - Een terugblik op de ‘roots’ van Andy Tielman

 
 
 
In de jaren vijftig kreeg Nederland te maken met een nieuw soort muziek. Na de opwindende ‘jazz’ van artiesten als Lionel Hampton kwamen Amerikaanse platen hier op de markt van Bill Haley, Elvis Presley, Everly Brothers, Fats Domino, Buddy Holly, Little Richard enzovoort.  
   De ‘gewone’ Nederlandse samenleving had voorlopig niets op met al dat ‘lawaai’. De amusementswereld al evenmin. Het boek van Henk van Gelder over het schnabbelcircuit en dat van Constant Meijers over de eerste grammofoonplaten met ‘popmuziek’ zoals die door muzikanten op leeftijd gemaakt of geproduceerd werden, spreken boekdelen. Bovendien zonden de omroepverenigingen nauwelijks of geen popmuziek uit.
 
 
‘Indo-rock’
 
 
Hoe anders was dat in wat tot voor 1949 Nederlands-Indië was, na de onafhankelijkheid: Indonesië. De jongelui die daar opgroeiden voelden zich dankzij de (radio op de) Filipijnen en Australië verbonden met de vroege Amerikaanse popmuziek. Toen die met hun ouders al dan niet gedwongen in Jakarta (eerder: Batavia) op de boot naar Nederland stapten brachten ze hun eigen muziekcultuur mee. Veel muziek die ze maakten werd een voorbeeld voor de teenagers die tegelijkertijd in ons land opgroeiden.
   Succesvolle Nederlandse popmuzikanten gaven, toen ze al een tijd beroemd waren, aan dat ze veel inspiratie hadden gevonden bij wat vanaf 1975 steeds vaker indo-rock genoemd ging worden. Een paar voorbeelden.
   Zo verklaarde Cesar Zuiderwijk, drummer van de Earring in 2004: “Ik hield erg van de Haagse indo-rock. Die gasten waren echte gangmakers en niet weinig ook. Zij speelden allemaal in bandjes”.
   In 1990 deed Jan Akkerman verslag over zijn ervaringen als achtjarig jongetje. “We verhuisden naar de 2e Van Swindenstraat, in Amsterdam-Oost, de Indische buurt. Die Indische mensen daar deden ontzettend veel aan gitaarmuziek, dat waren eigenlijk mijn eerste leraren. Ik leerde van alles, van krontjong tot aan de blues”.
   Jan Versteegen, basgitarist en songwriter van de Shoes, een groep met 15 hits op zijn naam, vertelde me onlangs over zijn jonge jaren. “Voor het opdoen van inspiratie gingen [tweelingbroer] Henk en ik vanuit Zoeterwoude op de brommer naar Scheveningen. We keken er naar het optreden van de Tielman Brothers en Crazy Rockers. Met die indo-groepen is de popmuziek begonnen in Nederland”.
   Als je je niet door de indo-rock had laten inspireren had je iets gemist, leek de boodschap wel eens.
 
 
Tielman Brothers in de media 1959-1960
 
 
293 1 Familie Tielman in Indië
Familie Tielman in Indië
 
 
Zonder andere Indische artiesten tekort te willen doen – de naam die jarenlang op ieders lippen lag was die van de Tielman Brothers en dan vooral Andy Tielman (1936-2011).
   Over de groep is vooral in latere jaren veel geschreven. In de periode dat de broers een bron van inspiratie waren voor de latere Nederlandse artiesten vind je niet veel, althans ik [HK] heb het nog niet gevonden. Ook kwamen ze toen zeker niet voor in Nederlandse hitlijsten of populariteitspolls.
   Op 26 december 1959 publiceerde vakblad Cashbox een tekst, waarschijnlijk uit de pen van correspondent Paul Acket: “A few days ago, Bovema signed the Dutch rock and roll group, The Four Tielman Brothers. The group consists of four brothers, born at Soerabaja. They got up an orchestra and went on tour through Indonesia. They played in Indonesian films and in 1957 they emigrated to Breda, a town in Holland.
   They played at the world exhibition in EXPO in Brussels, Belgium and after that they went on tour again and well through Germany. Now, The Four Tielman Brothers are making a trip through Germany, Spain, Scandinavia, Belgium and Iran. In Germany they have many fan clubs.
   They played six numbers at their audition at the Bovema studio on the Imperial label, of which two were recorded – ‘Record Hop’ and ‘Swing It Up’”.
   Geen woord over de Belgische single ‘Rock Little Baby Of Mine’ (Fernap, 1958).
 
Paul Acket was belanghebbende. Hij organiseerde tevens Indische avonden en teenagershows, waarbij de Tielman Brothers van de partij waren. In een Haagse krant was in januari 1960 te lezen over een rock & roll-feest in de Haagse Dierentuin.
   De verslaggever had moeite met de hoeveelheid geluid. “Onze trommelvliezen bezweken bijna onder de klank-explosies der elektrische gitaren – veelvoudig versterkt door talrijke luidsprekers. Door het trillen van de vloer constateerden wij nog eens ten overvloede dat het erg was”.
   De Tielman Brothers werden de attractie van de avond genoemd. “Het beroepsensemble was het enige rock & roll-orkest van klasse. De beide gitaristen, de drummer en de bassist toonden zich allen virtuozen op hun instrument – èn in het weergeven van spectaculaire show. Deze musici, die in Duitsland zowel van de televisie als van een muziekfilm [‘Paprika’] bekendheid genieten, waren ook de enigen van de show, die individueel iets presteerden, hetgeen telkens bleek uit voortreffelijke en enerverende soli. Hun geraffineerde clowns-streken maakten het optreden des te spectaculairder”.
   De Tielman Brothers zouden wel landelijke bekendheid kunnen krijgen, aldus de krant. “Het grote publiek zal op zaterdagavond 23 januari met The Tielman Brothers kennismaken, dank zij hun optreden in de Avro-weekendshow voor de televisie”.
   Dat optreden uit 1960 is bewaard gebleven en kan nu op YouTube herbeleefd worden.
 
 
293 2 Tielman Brothers AVRO tv
Tielman Brothers, AVRO, 23 januari 1960
 
 
Eveneens in januari 1960 besteedde het tienerblad Muziek Parade aandacht aan de vier broers, die toen 24 (gitarist Peggy), 22 (bassist Phonton), 20 (Andy) en 19 (drummer Loulou) jaar oud genoemd werden. Volgens MP waren de Tielman Brothers Nederland ontvlucht ‘omdat zij hier onmogelijk aan de kost konden komen’. Hun toch zo voortreffelijke show werd bovendien ‘jarenlang niet goed genoeg bevonden voor de Nederlandse televisie’.
   MP: “Vol goede moed probeerden ze zich in ons land een muzikaal bestaan te verschaffen. Dat viel niet mee want de nuchtere Nederlanders wilden niets weten van de muzieksoort die de Four Tielman Brothers beoefenen. Daarom spoedden de broers zich naar de Expo, waar zij met open armen werden ontvangen. Zeven maanden speelden zij met enorm succes op de wereldtentoonstelling. Daar in Brussel werden zij ontdekt, door teenagers uit tientallen landen en door bijzonder vriendelijke impresario’s.
   Tournees door België, Zwitserland en Duitsland volgden. Week-contracten werden engagementen voor vele maanden. Overal waar de Four Tielman Brothers kwamen speelden zij voor uitverkochte zalen”.
 
 
Andy Tielman over zijn verleden in Indonesië
 
 
Op latere leeftijd heeft Andy Tielman heel wat journalisten te woord gestaan. Heel bijzonder vond ik wat hij vertelde aan Rob van Scheers. De tekst van het gesprek is terug te lezen in het boek Elvis in Nederland (1997), dat enkele malen herdrukt is.
   Andy ging in zijn geheugen terug naar de tijd dat hij een jaar of tien was, in 1946. Gitaar spelen had hij geleerd van zijn vader, Herman Tielman (1904-1979), die als foerier gediend had in het Nederlands-Indisch leger (KNIL). In zijn vrije tijd trad deze zelf in orkesten op.
 
Nadat het tijdperk van de Japanse bezetting voorbij was trok vader Tielman met zijn kinderen (soms inclusief dochter Jane) door Indië. “We noemden ons The Timor Rhythm Brothers”.
   Om de Nederlandse militairen amusement aan te bieden tijdens hun verblijf in de opstandige kolonie werd in Nederland de NIWIN opgericht, Nationale Inspanning Welzijnsverzorging Indië. Prins Bernhard werd voorzitter.
   Frans Muriloff, balletmeester bij de revue van René Sleeswijk en producer van de Bonte Dinsdagavondtrein (AVRO-radio) trad bij de NIWIN in dienst als ‘artistiek adviseur voor het selecteren, hergroeperen en artistiek afwerken van de naar Indië uit te zenden gezelschappen’.
   De familie Tielman hoefde de verre reis niet te maken, maar was wel van de partij. Andy Tielman: “We traden op voor Nederlandse militairen”.
 
 
293 3 NIWIN
 
 
Na het koloniale tijdperk dat op 27 december 1949 formeel eindigde, bleven de Tielmannen actief. “We speelden tot in het paleis van Soekarno toe”, aldus Andy Tielman, al dan niet terecht. Muzikale inspiratie kwam uit het buitenland. “We luisterden altijd naar de Australische radiozenders: ‘Music While You Work’. Zij draaiden louter populaire Amerikaanse muziek. Wij speelden die vervolgens na”.   
   Hank Williams (1923-1953) was met zijn goed in het gehoor liggende country & western-songs populair bij de broers. Die gaven liedjes als ‘Hey Good Lookin’ een eigen arrangement. “We besloten dat die wel een stevige achtergrond konden gebruiken. Meer drums, meer bas en vooral meer elektrische gitaar. Die bouwden we zelf, met een microfoontje op de gitaarkast en met een oude radio als versterker”.
 
In een boek over de Tielman Brothers, dat Harm Peter Smilde geschreven heeft en komend najaar (2017) in druk gaat verschijnen worden meer muzikale invloeden uit het begin van de jaren vijftig aan de orde gesteld. Andy was ook gecharmeerd van Nat ‘King’ Cole en Dean Martin, die in Australië grote hits had met ‘You belong to me’ (1952) en ‘That’s amore’ (1953). Andy probeerde bovendien de gitaarpartij van Les Paul na te spelen op de plaat ‘How High The Moon’, die deze samen met echtgenote Mary Ford in 1951 maakte. Dat die door middel van trucage tot stand kwam was in Indonesië en dus ook bij de gitarist niet bekend.
   Met name Loulou Tielman was gecharmeerd toen hij op de Australische radio ‘Crazy Man Crazy’ (1953) van Bill Haley and his Comets hoorde. De broers waren zich goed bewust van de opkomst van de rock & roll met Bill Haley als eerste ‘held’.
   Smilde: “Einde zomer 1956 ging in Indonesië de film ‘Rock Around The Clock’ in roulatie. De broers hebben die film een of meer keren gezien. Ze keken heel goed naar de showelementen van Bill Haley & His Comets.
   In die film was er een directe televisie-uitzending als uitsmijter. De bassist legde zijn staande bas op de grond en gaat erop liggen. Daar boven op toeterde de saxofonist dat het een lieve lust was. Verder tilde de bassist zijn grote, gevaarlijke contrabas boven zijn hoofd en zwaaide ermee. Dit soort showelementen hebben de broers Tielman zeker gezien. De muziek naspelen was er, als we Andy moeten geloven, echter [op dat moment] niet bij. Ze hadden immers naast drums en wat akoestische instrumenten alleen maar een provisorische ‘elektrische’ gitaar en een in elkaar geflanste versterker”.
 
 
293 4 Optreden Bill Haley  His Comets
Bill Haley optreden, medio jaren vijftig
 
 
Halverwege de jaren vijftig moesten de nog aanwezige Nederlanders in Indonesië kiezen voor hun nationaliteit. Wie Nederlander wilde zijn diende het land te verlaten. Vader Tielman en zijn zonen kozen voor een Nederlands paspoort.
 
 
Tielman Brothers in Breda
 
 
Andy en zijn broers belandden anno 1957 in een onbekende wereld, wat popmuziek betreft althans. “Wij hebben de rock & roll naar Nederland gebracht, maar hier waren ze er nog niet ready voor”, kon Rob van Scheers noteren. “In het begin werden de concerten van de Tielman Brothers verboden”, hoorde hij. “Wij deden [overigens] gewoon wat we altijd al gedaan hadden”.
   Aan hun verblijf in ons land waren voor- en nadelen verbonden. “We konden van die mooie elektrische Egmond-gitaren kopen, maar verder verbleven ze hier nog in het tijdperk van de Ramblers, Skymasters en Kilima Hawaiians. Onze muziek werd als ‘heel laag’ en ‘primitief’ bestempeld. Maar het publiek vond het prachtig. Je kunt de jeugd toch niet tegenhouden. Het bezwaar gold vooral dat er zo wild werd gedanst. Het was ‘nozemmuziek’”.
   Andy Tielman benadrukte dat het vooral ging om plezier maken. “Er werd door ons alleen Coca-Cola gedronken. We dachten ook niet aan seks. Tachtig procent van onze zalen waren gevuld met meisjes. Maar al snel kwamen de jongens erbij. Die hoorden natuurlijk ook wel dat er bij de Tielman Brothers zoveel leuke meisjes te vinden waren. Petticoats, vetkuiven, bakkebaarden en stoer doen, zonder geweld”.
   Zeker in Breda ging het er zonder al te veel poespas aan toe. “Op de fiets gingen we naar een optreden. Dan riepen we tegen elkaar: ‘Niet te hard rijden’ – want anders moest je je vetkuif opnieuw stileren. Wat ook niet hielp was dat het vaak regende – daar kan een kuif slecht tegen”.
 
 
Andy Tielman en Elvis Presley
 
 
293 5 Elvis met kuif
Elvis met kuif
 
 
Andy Tielman was zich ten tijde van het interview bewust dat hun woonplaats Breda een speciale betekenis had in de popmuziek. Daar kwam de ‘Colonel’, manager van Elvis Presley, vandaan. “Uitgerekend een Hollander uit Breda heeft Elvis bekend gemaakt. Eerst Peter Stuyvesant in het grootste land ter wereld, en dan Colonel Parker met de grootste artiest van de wereld!”
   “Elvis was een klap”, aldus Tielman, toen zijn muziek in het in muzikaal opzicht ouderwetse Nederland voor het eerst gehoord werd. Evenals bij Bill Haley dienden de films (vanaf 1957) als voorbeeld. “Wat we maar niet begrepen was hoe Elvis zonder microfoon altijd zo duidelijk boven de muziek uitkwam. Wat kon die een keel opzetten. Wisten wij [in die tijd] veel van playback en applausmachines?”
   De inspiratie van Elvis Presley pakte voor de Tielman Brothers goed uit. “Juist door Elvis kwamen ook wij aan de beurt. Als je Elvis deed, kon je ergens terecht. Zo hebben een heleboel mensjes goeie centjes kunnen verdienen.
   Wij met de Tielman Brothers tot 1981 aan toe: we hadden onze eigen act, met onze eigen danspasjes en gitaarbewegingen, maar het waren zijn liedjes. En als we onze eigen liedjes deden dachten we: hoe zou Elvis dit nou zingen, en zo deden we het dan”.
   Volgens Andy was Elvis honderd procent origineel. “Hij heeft alles zelf bedacht – die manier van zingen, zijn muziek, het wiegen met zijn heupen, dat loopje op het podium. Wij konden hem nadoen, maar Elvis moest het helemaal uitvinden. Vóór hem bestond er immers geen Elvis”.
   De doorbraak van de Britse popmuziek in 1964 veranderde weinig of niets. “De komst van de Beatles schokte de wereld. Maar wij bleven onvoorwaardelijk trouw aan Elvis”.
   Om met succes op te kunnen treden, ging de groep natuurlijk wel mee met de ontwikkelingen in de popmuziek.
 
Zoals gezegd, echte hits hadden de Tielman Brothers niet. In 1966 was ik [HK] betrokken bij de release van de Duitstalige single ‘Wanderer ohne Ziel’ (Ariola) . Zelf was ik enthousiast, maar als promotieman bij Negram-Delta lukte het me niet om in Hilversum iets te bereiken. Een jaar later lukte het met ‘Little Bird’ wel. Het was hun enige grote single-succes.
 
 
Andy Tielman en Elvis in Amerika
 
 
De band zoals Andy Tielman die voelde met Elvis Presley, ging ver. Tijdens een bezoek aan New York bekeek hij het vrijheidsbeeld (uit 1886) in de zee bij Manhattan. “Elvis is voor mij het vrijheidsbeeld. Ik bedoel dat niet louter symbolisch. Als je goed kijkt zie je dat haar profiel precies op dat van Elvis lijkt. Ze trekt zelfs haar lip net zo gemeen op – d’r mond, d’r neus, ze heeft dezelfde contouren. Misschien dat ik het wel zo wil zien, hoor, maar voor mij staat Elvis daar manshoog in New York”.
   In 1970 was Andy Tielman bij een optreden van zijn idool in Las Vegas. “Ik heb Elvis van zes meter afstand gezien. Dat was in het International Hotel. Een ticket met één margarita kostte zestien dollar”.
   Pas later besefte de artiest wat hij persoonlijk beleefd had, vertelde hij aan de auteur van het boek over Elvis en Nederland. “Het begon met de openingsmuziek van Richard Strauss, ‘Also sprach Zarathustra’ en dan die drums eronder. Ik was wel even stil. In het begin dacht ik: zit ik hier wel? Pas buiten besefte ik dat het inderdaad zo was”.
   Volgens Andy liepen er nogal wat bodyguards rond. En meteen na het einde van het optreden werd zoals gebruikelijk omgeroepen: “Elvis has left the building”.
   Andy: “Ik ben bij concerten van Tom Jones en Perry Como geweest. Maar Elvis was de beste”.
 
Het overlijden van Presley op 16 augustus 1977 was schokkend. “We hoorden het nieuws midden in een optreden in het Duitse Essen, voor een volle zaal”. Verder optreden was op dat moment onmogelijk. “We zijn onmiddellijk gestopt en liepen het toneel af met de woorden: ‘Wir gehen jetzt von den Bühne. Eine sehr slechten nachricht ist vom Elvis gekommen. Kein Muzik’”.
   Volgens de zanger-gitarist was iedereen het ermee eens. “Die avond heb ik heel veel gedronken. Jarenlang heb ik, uit respect, geen Elvis meer gezongen”.
 
 
293 6 Elvis Las Vegas
Las Vegas, Hilton Hotel
 
 
Later bezocht Andy Tielman voor de tweede keer Las Vegas. “Met mijn vrouw gingen we langs bij het hotel, dat omgedoopt was in Hilton. Alles was er nog steeds Elvis. Zijn kostuum hing er in een grote, glazen kast. In de vitrine waren luchtnaden gelaten. Iedereen probeerde het witte pak aan te raken. Dat lukte niemand. Maar mij wel. Want mijn vingers zijn zo dun dat ik daar met gemak tussendoor kon. Ik kon zijn mouw aanraken. Het was een vreselijk gevoel. Het leek alsof hij daar werkelijk stond. Bovendien was ik bang dat het alarm af zou gaan”.
 
 
Trots
 
 
Andy Tielman was er trots op dat hij de vertolker van zijn muzikale roots zelf had meegemaakt. Die trots projecteerde hij op zijn eigen bewonderaars, zei hij in 1997. “Er is een tijd geweest dat mensen zeiden: ‘Ik heb Andy Tielman echt zien spelen’. Nog steeds zetten zangeressen en gastmuzikanten op hun c.v. dat ze met ons hebben samengewerkt”.
   Presley was een bron van inspiratie voor de Tielman Brothers en de ‘indo-rock’. En de ‘indo-rock’ inspireerde een hele nieuwe generatie Nederlandse popmuzikanten. Zo gaat dat...
 
 
293 7 koningin Beatrix en Andy Tielman
Koningin Beatrix en Andy Tielman, koning van de 'indo-rock'
 
Clips
 
 
Harry Knipschild
1 mei 2017
 
In september 2017 zal verschijnen: Harm Peter Smilde, Helden van toen. The Tielman Brothers en de Nederlandse rock-’n-roll 1957-1967. Uitgeverij SWP, Amsterdam
 
 
Literatuur
 
Paul Acket?, ‘Benelux’, Cashbox, 26 december 1959
‘The Tielman Brothers. Buitenlandse triomfen voor vier Nederlandse broers’, Muziek Parade, januari 1960
‘Tielman Brothers de attractie van rock ’n roll show. Teenagers’ extase in de dierentuin’, onbekende krant, januari 1960
Lutgard Mutsaers, Rockin’ Ramona. ’n Gekleurde kijk op de bakermat van de Nederpop, Den Haag 1989
Gideon van Aartsen, ‘Rockhelden – Jan Akkerman’, Penthouse, september 1990
Constant Meijers, Kom van dat dak af. Geschiedenis van de Nederlandse rock & roll, Amsterdam 2003
Saskia Zwart, ‘Cesar Zuiderwijk’, in Gevoelige Snaren. 30 bekende Nederlanders over de muziek die hen raakt, Utrecht 2004
Henk van Gelder, De Schnabbeltoer. Het Nederlandse amusement in de wederopbouwjaren, Amsterdam 2005
Rob van Scheers, Elvis In Nederland, Amsterdam 2010 (1997)
Harry Knipschild, ‘Jan Versteegen van de Shoes’, 16 februari 2017
    
    
  • Raadplegingen: 19935